Elke borst is uniek

home > onderwerpen > elke borst is uniek

Tekst: Deborah Ligtenberg

De keuze voor welke borstreconstructie het beste bij je past, is een belangrijke. Wat wil je en wat is er mogelijk? De plastisch chirurg kan je advies geven.

Allereerst is er de vraag of je een borstreconstructie wilt. Er zijn vrouwen die ervoor kiezen om geen reconstructie te laten doen. Soms dragen ze een externe prothese in hun beha, soms doen ze het zonder. Net wat ze prettig vinden.


Daarnaast is een borstreconstructie na borstkanker lang niet altijd nodig; circa 65 procent van de borstkankerpatiënten krijgt een borstsparende operatie. Als om de tumor weg te halen een deel van de borst wordt weggesneden (lumpectomie) en het grootste deel behouden blijft, kan ook worden gekozen oncoplastische chirurgie te doen. ‘Er wordt dan weefsel gebruikt uit bijvoorbeeld de zijkant van de buik, van de rug of onder de borst, om de ontstane holte in de borst op te vullen’, vertelt plastisch chirurg prof. dr. Marc Mureau namens de Nederlandse Vereniging voor Plastische Chirurgie.


‘Als een vrouw grote borsten heeft, kan ook voor een borstverkleining worden gekozen, zodat beide borsten weer hetzelfde formaat hebben. Als er bestraling nodig is, is het beter om deze operatie daarvóór te doen. Door bestraling kan het weefsel stug worden en is het lastiger om te opereren.’ Of je wel of geen bestraling nodig hebt, kan dus ook van invloed zijn op je keuze.

Dossier borstreconstructie

Als een amputatie nodig is om borstkanker goed weg te kunnen halen, of bij een preventieve operatie, is een borstreconstructie een optie. Bedenk voordat je in gesprek gaat met de plastisch chirurg wat je zelf wilt. Denk niet alleen na over het eindresultaat, maar ook hoeveel operaties het kost om het te krijgen en welke risico’s het met zich meebrengt.

'Mocht de jouw gewenste reconstructie niet aangeboden worden door de plastisch chirurg, dan heb je altijd de mogelijkheid om een second opinion te vragen. Én je hebt altijd bedenktijd, want je kunt een borstreconstructie ook later doen.'


Arjen van Turnhout - Zelfstandig plastisch chirurg

Advies

Arjen van Turnhout is plastisch chirurg en geeft advies over het maken van een keuze voor borstreconstructie: ‘Heb je liever implantaten of een reconstructie lichaamseigen weefsel uit bijvoorbeeld je buik of bil? Het is aan de plastisch chirurg om te kijken wat mogelijk is en dit goed met je te bespreken. Als de huid al bestraald is, heeft dat invloed op het eindresultaat en moet er misschien ergens anders huid vandaan worden gehaald. Als je rookt of veel overgewicht hebt, heb je meer kans op complicaties bij een operatie met lichaamseigen weefsel.

Als je voor implantaten kiest, kun je je afvragen of je die vóór of achter de borstspier wilt. De meeste chirurgen plaatsen deze achter de spier, maar als je dan je arm beweegt, beweegt de borst vaak mee. Niet iedereen vindt dat prettig, dus dat is ook iets om over na te denken. Mocht de jouw gewenste reconstructie niet aangeboden worden door de plastisch chirurg, dan heb je altijd de mogelijkheid om een second opinion te vragen. Én je hebt altijd bedenktijd, want je kunt een borstreconstructie ook later doen.


Denk daar echter goed over na, want je ‘gooit’ dan wel huid weg die misschien later nodig is voor de reconstructie. Voor vrouwen met erfelijke aanleg, die nog niet ziek zijn, geldt helemaal dat ze tijd hebben om een weloverwogen keuze te maken. Neem geen overhaast besluit, maar kies een methode waar je achter staat. Daar is het een te belangrijke beslissing voor.’

''Ik ben het er wel mee eens dat meer transparantie goed zou zijn en dat het patiënten kan helpen hun keuze te maken. Daar zijn we binnen de Nederlandse Vereniging voor Plastische Chirurgie over in gesprek.’


Prof. dr. Marc Mureau

Plastisch chirurg in het Erasmus MC (Rotterdam)

Welk ziekenhuis?

In welk ziekenhuis, bij welke plastisch chirurg kan ik het beste terecht voor een borstreconstructie? Het antwoord is niet zo eenvoudig, want er is geen handig overzicht op een openbare website met welk ziekenhuis welke plastisch chirurgische technieken doet en met welk resultaat. Waarom eigenlijk niet? Marc Mureau: ‘Ik denk dat het ook een beetje te maken heeft met angst voor naming and shaming; sommige ziekenhuizen zijn bang dat ze een slechte naam krijgen, maar als er iets misgaat, wil dat niet meteen zeggen dat er slechte zorg wordt geleverd.


Het percentage complicaties bij een operatie met lichaamseigen weefsel is bijvoorbeeld best groot: 35 procent. Dat varieert van een kleine wondinfectie tot weefsel dat afsterft. Dat komt doordat het grote en lange operaties zijn, met microchirurgie aan bloedvaten.

Ik ben het er wel mee eens dat meer transparantie goed zou zijn en dat het patiënten kan helpen hun keuze te maken. Daar zijn we binnen de NVPC over in gesprek.’ Zowel hij als Arjen van Turnhout adviseert een plastisch chirurg te vragen hoe vaak hij een bepaalde operatie doet. ‘Je kunt ook vragen wat iemands specialisatie is: wat doet hij het meeste en hoe vaak gaat het goed?’, adviseert Van Turnhout. ‘Dat geeft een redelijke indruk. Daarnaast kun je aan lotgenoten vragen wat hun ervaring is. Dat levert vaak ook een aardig beeld op.’

bron: www.bladb.nl

Deel deze pagina:

Share by: