A - B - C - D - E - F - G - H - I - J - K - L - M - N - O - P - Q - R - S - T - U - V - W - X - Y - Z

Familieanamnese

De arts vraagt naar de medische voorgeschiedenis, en of kanker in de familie voorkomt.

FDG 18F-FDG (fluorodexyglucose)

Dit is een radioactieve vloeistof. De vloeistof maakt kankercellen zichtbaar op de PET-scan, als er kankercellen aanwezig zijn. Voor de scan spuit de arts de vloeistof in.

Febriele neutropenie

Koorts en een laag aantal witte bloedcellen.

Fertiliteitsarts

Een arts die deskundig is op het gebied van vruchtbaarheid.

Fibroadenoom

Een goedaardige tumor in de borst.

Fibrose

Vorming van bindweefsel. Fibrose kan ontstaan door een litteken. Bijvoorbeeld na de operatie of bestraling.

Follikel stimulerend hormoon (FSH)

Dit is een hormoon. Om te bepalen of een vrouw in de overgang is, krijgt zij een bloedonderzoek. Als een vrouw in de overgang is, heeft zij meer van dit hormoon in het bloed.

Follow-up (FU)

Dit is de tijd na behandeling waarin de arts controleert of de kanker wegblijft en of er klachten zijn.

Fotonentherapie

Een vorm van bestraling met deeltjes die fotonen heten. Dit is de meest voorkomende soort bestraling.

Fracties (Fx)

Het aantal keren dat iemand bestraling krijgt.

Fulvestrant

Fulvestrant is een medicijn. Het is een vorm van hormonale therapie. Hormonale therapie is eigenlijk anti-hormoontherapie. Fulvestrant is een nep-hormoon. Het voorkomt dat de echte hormonen oestrogeen en progesteron bij de kankercellen kunnen komen.

A - B - C - D - E - F - G - H - I - J - K - L - M - N - O - P - Q - R - S - T - U - V - W - X - Y - Z